Home

Financiële begroting

Conclusie financiële positie

Conform artikel 189 van de gemeentewet moet u erop toezien, dat de begroting reëel en structureel in evenwicht (sluitend) is. Wij moeten u een reële en structureel sluitende begroting 2023 en een meerjarenraming 2024-2026 ter vaststelling aanbieden.
Dit is de eerste begroting binnen deze nieuwe raadsperiode. Een raadsperiode, waaraan nog steeds de uitvoering van een stevige ambitie gekoppeld is. Een solide financiële positie is niet alleen noodzakelijk om onze ambities nu en in de toekomst waar te blijven maken, maar is zeker ook cruciaal voor de zelfstandigheid van onze gemeente.

De u aangeboden begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025 was op termijn structureel meerjarig sluitend. Door een forse toename van de uitgaven voor de Jeugdzorg en de Wmo ontstond er een financiële positie die op basis van structurele baten en lasten niet meer sluitend was. De jaarschijf 2022 en 2023 van de begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025 zijn sluitend gemaakt met eenmalige onttrekkingen uit ons vermogen (algemene reserve). Op deze wijze is het jaar 2022 en 2023 sluitend gemaakt. Ook hebben wij in de begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025 voorstellen gedaan tot bezuinigingen en ombuigingen en heroverwegingen. Deze voorstellen zorgen ervoor dat het jaar 2024 en 2025 weer reëel structureel sluitend is.

De weg naar een reëel structureel begrotingsevenwicht hebben wij doorgezet. Hierbij zijn wij fors geholpen door het Rijk die de komende drie jaren forse investeringen hebben gepland waardoor onze bijdrage uit het gemeentefonds fors is gestegen. Opgemerkt moet worden dat hier sprake is van een incidentele toename van de bijdrage uit het gemeentefonds voor de jaren 2023, 2024 en 2025. Dit is ook de rede dat het begrotingsoverschot voor het jaar 2026 fors lager is.

De u aangeboden begroting 2023 en meerjarenraming 2024-2026 laat u op basis van structurele en incidentele lasten en baten een financiële positie zien waarin jaarlijks sprake is van begrotingsoverschotten. Het jaar 2023 sluit met een overschot van afgerond € 454.000, het jaar 2024 met een overschot van € 1.607.000, het jaar 2025 met een overschot van € 3.115.000 en het jaar 2026 met een overschot van € 132.000.

Halen wij nu alle incidentele lasten en baten uit deze begroting en meerjarenraming - een vereiste vanuit de BBV - dan is er sprake van een structureel sluitende financiële positie met structurele  begrotingsoverschotten voor alle jaren van deze begroting en meerjarenraming. Het jaar 2023 sluit met een overschot van afgerond € 884.000, het jaar 2024 sluit met een overschot van € 2.357.000, het jaar 2025 sluit met een overschot van € 3.615.000 en het jaar 2026 sluit met een overschot van € 132.000.

De begroting 2023 en meerjarenraming 2024-2026 is structureel meerjarig sluitend.

De ratio weerstandsvermogen komt voor het jaar 2023 uit op 2,5 en wordt daarmee als uitstekend gekwalificeerd. In de jaren daarna loopt de ratio op naar 3,1 wat ook als uitstekend wordt gekwalificeerd.

In deze begroting en meerjarenraming zijn de financiële effecten van de septembercirculaire 2022 niet meegenomen. De uitkomsten hiervan zullen via een afzonderlijke raadinformatiebrief aan u worden gemeld.

Deze pagina is gebouwd op 10/17/2022 16:10:08 met de export van 10/17/2022 15:56:04